Schrijversgalerij

schrijversgalerij
Bernlef, Haasse en Mulisch

 

Harry Mulisch

harrymulischmennoveenendaal0606

Mulisch-standbeeldontwerpNaar aanleiding van zijn eerste sterfdag is Harry Mulisch door Menno Veenendaal in brons beschreven. Een leven van een groot vaderlands schrijver vertaald in brons, aanvankelijk bedoeld als verdiend monument in Haarlem naar aanleiding van een gemeentelijk verzoek aan Veenendaal tot voorlopig ontwerp. De keuze van het standbeeld is uiteindelijk via een naderhand ingestelde ‘kunstcommissie’ op een ander gevallen.

Naast deze bronzen buste is ook door Menno Veenendaal een plaquette van Mulisch vervaardigd en een beeld geplaatst in het American Hotel te Amsterdam.


 

 

 

 

 

Beschouwende toelichting op de Mulisch-beelden van Menno Veenendaal
door drs C.H.M.A. Nelissen, MSc, kunsthistorica

MULISCH LEZEN IN KLEI
harrymulischplaquettemennoveenendaal2Haarlem, februari 2011

Een goed portret van Mulisch zuigt je naar zijn boeken, zijn leven, zijn gedachten. Minder mag niet, meer is overbodig.

Veenendaal’s Mulisch zet je aan het lezen: wat is de grammatica van deze mens? Wat is de typografie van zijn gedachten?

Mulisch verdient het om gelezen te worden en gelezen te blijven worden. Hij verdient het dat zoiets materieels als klei het volstrekt immateriële van de gedachte suggereert, zoals die geleefd heeft achter dat hoge voorhoofd.

Veenendaal is dat gelukt. Wanneer de ene kunstenaar de andere leest, zoals hier, dan blijkt dat Veenendaal Mulisch in de ogen kijkt, áchter de ogen kijkt. Hij leest hoe Mulisch de wereld las: de interpunctie van een gedachtenwereld staat in de ogen, die van de conclusies plooit de mondhoeken. De ik-denk-er-het-mijne-van-glimlach, Mulisch’ handelsmerk, is niet alleen een glimlachend tuiten van de lippen over de onbezonnenheid van dit onder-maanse; er is ook aarzeling, aardig gevonden willen worden.

De boeken, de mens, de gedachten, de herkenbaarheid: het portret kijkt Mulisch in de kop. Wat leeft daar? Is er twijfel, zekerheid, aarzeling, zelf-bewustzijn? Hoe mengt dat alles zich tot een jukbeen dat gezag uitstraalt en tot haar dat hij draagt als leeuwenmanen?

Strikt genomen is er de kilte van de rivierklei, niet meer dan de oppervlakte. Maar, om met Rodin te spreken, je verwacht dit voorhoofd warm aan te voelen. Niets menselijks is hem vreemd. Mulisch immers, getuige zijn hoog gedragen hoofd toch wel God in het diepst van zijn gedachten, roept hier tegelijk op: “Ga niet voorbij, maar blijf bij mij, en voel / Wat Ik voel in het diepst van dit mijn wezen…” (Willem Kloos, 1894).

TECHNIEK 
Met een goed portret van de schrijver wordt Mulisch postuum de vriendschappelijke hand gereikt;  het beeld moet herkenbaar zijn voor wie hem gekend heeft en voor lange tijd uitnodigen zijn boeken te lezen.

mulisch260911klei12Technische kwaliteit gaat zo samen met inhoudelijke diepgang. Technisch moet de kop de uniciteit weergeven van zijn gelaatstrekken, zijn haar, zijn bril. Inhoudelijk moet het portret aangeven hoe die trekken geëtst zijn door wat achter de ogen omging aan gedachten en wat wij daarvan vonden en vinden.

Veenendaal’s Mulisch, driedimensionaal of  in reliëf, is niet alleen een gelijkenis. Het is een onderzoek, parallel aan Mulisch’ schrijverschap: het portret van die ene mens, maar dan als  onderzoeker van de menselijke existentie. Als denker dus, zet Veenendaal Mulisch neer: hoe graaft denken zich in in een gezicht? Is dat ook in de verre toekomst nog te herkennen in de manier waarop iemand het hoofd draagt, in de blik in de ogen, in de trek om de mond? Wat doet een levenslange directe betrokkenheid bij de oorlog  (“ik dank mijn bestaan aan de eerste wereldoorlog, en ik bén de tweede wereldoorlog”) met de stand van een mond? Wat doen gedachten over paradoxen en relaties (Eichmann’s schokkende kleinheid, Twee Vrouwen, Ontdekking van de Hemel) met iemands blik?

Veenendaal zet de paradoxen neer, zo ‘simpel’ is het, en dat is belangrijk om Mulisch te karakteriseren. Wat is die techniek, waar Veenendaal dat mee doet?

Veenendaal is een beeldhouwer van het licht: volumen en holten kleuren lichter en donkerder al naar gelang het licht eroverheen speelt; licht schildert zo vanzelf het leven, schaduw donkert de toetsen van een gezichtsuitdrukking.

En de paradoxen? Net als Mulisch in zijn romans en reportages, zoekt Veenendaal die op door het fysieke van de gelijkenis te versterken met het niet voor de hand liggende. Waar Mulisch onverwachte gedachten samenspon, worden hier onverwachte details die een portret vergeestelijken naar voren getrokken. Zo wordt de gelijkenis uit het tijdgebonden-zijn getild. Een voorbeeld: waar in menig portret de kaaklijn een storende ‘streep’ is, is ze hier een logisch vervolg op huidplooien, voortkomend uit een licht aangezette glimlach, die de onvoltooide gedachte in de ogen onderstreept. Waar in menig portret de haardracht als een ‘badmuts’ op het hoofd geplant is, is ze hier onderdeel van de uitdrukking. Er zijn geen toevoegingen, geen attributen, die de trots verbeelden; de trots zit in kin en kaaklijn. Er is niets weggelaten dat technisch ingewikkeld is, zoals Mulisch’ bril: hij is er en hij is er niet, een gedachte Mulisch waardig.

Veenendaal heeft twee karakteriseringen van Mulisch gekozen: enerzijds, in drie-dimensionale vorm, een denker, houdend van de onvoltooide gedachte-als-voortschrijdend-inzicht; anderzijds, in de vorm van een plaquette, een representant van zijn tijd, een “Koninklijke volksschrijver”, zoals Mulisch ook wel genoemd is. De eerste is neergezet in toetsen die de passie, de beweging onderstrepen, de tweede is gladder afgewerkt in hoekiger vormen, wat meer de statuur van de schrijver neerzet. Veenendaal verstaat beide technieken.

drs C.H.M.A. Nelissen, kunsthistorica


Haarlems Dagblad Interview d.d. 11 februari 2011 door Cees van Hoore

 Menno Veenendaal maakt prachtig beeld Mulisch
‘Je moet zijn denken in die kop terugzien’

hd110211mulischmennovw-kl

hd11-2-11menno-veenendaal

hrlm4-w

Bernlefbernlef150816Hella Haassehellahaasse-by-menno-veenendaal-nov

© 2016 Menno Veenendaal

TEKST EN FOTO’S UIT DEZE WEBSITE MOGEN NIET ZONDER UITDRUKKELIJKE TOESTEMMING VAN MENNO VEENENDAAL OP ENIGERLEI WIJZE WORDEN GEBRUIKT.